Het zijn mensen zoals u waardoor ik bij voorbaat al innerlijk gewapend die tuin ga doen. Ik heb er eerder een blog over geschreven, u bent namelijk niet de enige. Wel de pispaal in dit stuk. Het tegenbeeld van de moraaltjes die ik altijd in mijn verhaaltjes plak. Dank daarvoor.
Gelukkig zijn er buren, o.a uit de voorgaande tuinellende, die de moeite hebben genomen mijn vriendin (en haar onvermogen) te leren kennen en de heg soms snoeien, even vragen of ze iets voor haar kunnen doen, of gewoon negeren dat haar voortuin een bak ellende is. Dat ze er het hunne van denken is best, ze houden tenminste hun mond.
U niet.
Ik ben dan ook bijna klaar met het ontbossen van de wildernis groen op de tegels als u met uw vrouw aan komt lopen. Ik heb mij wederom dik twee uur verbaast over het rampzalige tempo van kniehoog wildgroei uit een paar naden zand en gebaald als een stekker dat ik niet eerder de mogelijkheid had dit te fixen. Het werd een last voor mijn vriendin, ziet u.
We groeten. Prompt staat u stil, zet pontificaal uw armen in uw zij. Grappig genoeg voelde uw vrouw hem al aankomen, zij liep door. Ik had echter nog niks in de gaten, tot u drie seconden later, na een kritische blik op de berg groenafval van wal steekt.
‘Zo, dat werd een keertje tijd. Het ziet er nu tenminste toonbaar uit. Wat een ongelofelijke bende is die tuin elke keer!’
U klinkt alsof we u wat hebben aangedaan. Mijn moedige vriendin, die zich kapot schaamt voor haar voortuin en daar nu juist net vanaf denkt te zijn, zegt: ‘Wat heeft ze dat lekker opgeknapt hé!?’
‘Nou, het is een schande! Het mannetje dat hiervoor heeft gewoond loopt soms nog wel eens langs en die schaamt zich elke keer de ogen uit z’n kop!’
Mijn mond valt open van verbazing, ik kan het niet eens verbergen, mijn reactie over uw blijkbaar hevige ontsteltenis. Vriendin staat bevroren in de deuropening.
‘Dan kun jij mij nu wel zo verbaasd aan staan kijken maar ze zouden gewoon zo’n vrouwtje hier niet moeten laten wonen. Ze kan het niet aan!’
Wonderlijk vertalen mijn tientallen gedachten zich in een zeer beheerste zin: ‘Het had u beter gestaan als u gevraagd had of u iets voor haar kon doen dan zo uit te halen…’
U bent nog niet klaar, u wijst nijdig naar mijn vriendin. Uw vrouw staat tien meter verder verontschuldigend te kijken. ‘Zo’n vrouwtje hoort hier niet.’ Wonderlijk. Hoe u over haar praat alsof ze er niet bij staat…
‘Meneer, als u niet vriendelijk kunt zijn kunt u beter zwijgen…’ Inwendig plof ik. U gaat door.
‘Meneer, loopt alstublieft even door oké? Uw vrouw staat te wachten.’
U loopt inderdaad een paar passen door. Luidkeels wenend over onkruid en dat vrouwtje dat zo een enorme schandvlek is voor de buurt. Als ik ervoor kies mijn lip bijna stuk te bijten omdat ik niet dapper genoeg ben de schoffel naar uw kop te gooien, steek ik hem nijdig in de grond. Was u zich ervan bewust dat dat vrouwtje huilend naar binnen liep?
Ik zie u een halve straat verder met andere buren staan praten. U kijkt achterom. Er is u zulk groot leed aangedaan, -er is namelijk een tuin opgeknapt-, en daar staat u vast de dramatische paradox van te verkopen tegen ieder die het horen wil. Ik loop naar binnen en zeg zacht tegen vriendin: ‘Hé lieverd, je weet dat ze er tussen zitten. Dit soort mensen zijn niet bereid achter de voordeur te denken. Kom, verzet je gedachten en ga die boodschap even doen.’
Verloren kijkt ze me aan: ‘Hij had een boodschappentas bij zich, no way dat ik nu die winkel inga…’
Mijn boosheid wordt groter. Ik kijk in die ontzettend liefdevolle maar diepverdrietige ogen van mijn zieke vriendin, die zo ontzettend vecht om zich staande te houden, die zo ongelofelijk begaan is met wat mensen van haar denken dat ze zich liever opsluit dan zich eraan bloot te stellen, die zo sterk en krachtig is omdat mensen veel van haar vinden, maar niets kunnen zien. Weet u hoe afhankelijkheid voelt? Ik hoop voor u van niet. Zij weet het wel.
Want weet u wat dit vrouwtje mankeert? Ik ga het u niet vertellen. U zou op dit moment de hangende pootjes waarmee u terug zal keren nog niet kunnen verdragen. Zij daarentegen, zou haar laatste restje energie geven, tegen het prijskaartje van pijn om voor mensen als u een boodschap te doen.
‘Kom, we gaan samen. We gaan dit confronteren. Halen we gelijk wat troostvoer.’
‘Dat heeft geen zin! Hij luistert toch niet!’
‘We gaan toch. Niet om hem te confronteren, maar wel het feit dat hij het niet waard is om uit de weg te gaan…’
Fronsend kijkt ze me aan. Door mensen als u, is haar innerlijke gevecht elke dag zovéél groter dan nodig is. Dan zou ze niet eens moeite hoeven doen zichzelf te beargumenteren hoe sterk, lief en bijzonder ze is. Grappig ook.
Want ze ineens grijnst ze: ‘We kunnen ook zijn vrouw even aanstippen dat echtscheiding een optie is…’
We lachen. Ze is er weer. We proosten wat later op het feit dat eindelijk die tuin weer toonbaar is. Want… alleen op dát vlak had u een punt.
Beste buurtbewoner, meneer die ik aanspreek met ‘u’. Ik krijg de kriebels van mensen die in hun onwetendheid denken het recht te hebben te oordelen over een ander. Waarschijnlijk haat ik dat net zoveel als u onverzorgde tuinen veracht. Al hoewel ik gezien de psychologie dan wel weer erg nieuwsgierig ben naar wat u hierin zo bekrompen maakt. Van mensen leren begrijpen wordt je namelijk milder, wist u dat? Want hier oordeel ik zelf nu keihard. Het is ironisch en vermakelijk tegelijkertijd. Want soms kun je alleen door een oordeel te confronteren met een oordeel, tonen hoe bekrompen het oorspronkelijk oordeel is. Volgt u het nog?
Want weet u…
De titel van dit blog zou ik op dit moment op mijzelf toe kunnen passen. Dat besef ik mij. Mijn schrijfseltje valt niet onder categorie #DoesLief
Vandaag echter, kies ik ervoor dit online te gooien.
Als ik dapper genoeg ben zelfs op ons alomgeprezen dorpse Facebookgroep, waar zeurpieten als ik worden afgemaakt door zeiksnorren als u. Gelukkig is er een keerzijde aan dit verhaal. Er zijn namelijk ontzettend veel mensen die te hulp schieten, begrip hebben en weten wat het betekent beter een goede buur te hebben dan een verre vriend. Mensen die zich, zelfs als ze zich storen aan zo’n tuin, beseffen dat je soms geen recht van spreken hebt.
Want ik hoop werkelijk dat u dit zelf leest en ‘zoals het mannetje dat hiervoor heeft gewoond’, de ogen uit uw kop schaamt omdat u een lompe boer bent. Misschien voelde u zich er wel gewoon beter door, had u het even nodig.
Ik voel mij na het schrijven van deze tekst in ieder geval wel beter. Ik had het even nodig. Nu laat ik het los. Mensen als u hebben namelijk een reden waarom ze zo zijn, frustrerend voor mij, pijnlijk voor vriendin, maar hopelijk een spiegel voor u.
En mocht u, onverhoopt en zeker niet door mij toegewenst, niet meer in staat zijn uw eigen tuin bij te houden: u weet mij nu te vinden.
Wij zullen waarschijnlijk altijd van mening blijven verschillen over hoe er naar de wereld gekeken kan worden, maar ik laat u graag het goede voorbeeld zien. Ik kom dus met liefde uw tuin even doen.

Wat heftig en oh wat herken ik mijzelf in die lieve vrouw!
Mooi geschreven dit mag ook wel eens naar voren komen!
Wat een kerel! 😠😠
LikeLike
Het doet gewoon plaatsvervangend pijn, zoveel botheid. En de angst van je vriendin is helaas herkenbaar, dat je dan geen boodschappen meer durft te doen. Zo’n persoon is je angst helemaal niet waard, maar ja, zie dat jezelf dan maar eens aan te praten. Goed voor je vriendin dat je er letterlijk en figuurlijk tussen kon staan!
LikeGeliked door 1 persoon